Veel pittige kinderen zijn slechte eters. Je kunt er redelijk wanhopig van worden. Omdat het strijd geeft, waardoor het niet meer leuk is aan tafel. Of omdat je je zorgen maakt of je kind wel genoeg eten binnenkrijgt. Hierbij 5 tips om hiermee om te gaan.
Tip 1 is de moeilijkste, maar ook meteen de belangrijkste: maak er geen strijd van. Want die verlies je. Eten is namelijk één van de weinige dingen waarbij je je kind niet kan dwingen. Je kunt een kind wel te eten geven, maar niet voeden. Je kind bepaalt uiteindelijk zelf of het iets opeet of niet. Dus als je een kind hebt, dat tot het bittere eind gaat, dan wordt het einde ook heel bitter.
Bovendien, door er een strijd van te maken, leg je er teveel druk op. Eten wordt steeds meer een issue. Wat je aandacht geeft, groeit. Dus als je veel aandacht geeft aan het probleem van niet eten, wordt het probleem steeds groter.
Pittige kinderen hebben strijden thuis voor hun autonomie én zijn prikkelgevoelig. Als een kind juist met het eten heel erg dwars ligt, kan het zijn dat ie gewoon weinig lust. Het kan goed zijn dat je kind erg gevoelig is voor geuren of smaken. Of voor de textuur van het eten in de mond.
Maar de kans is ook groot, dat je kind in opstand komt, omdat hij te weinig autonomie in zijn leven ervaart. Juist de dingen waar hij zelf het laatste woord heeft, gebruikt hij dan om zelf de baas te zijn. Dat kan ook verklaren waarom een kind iets soms wel wil eten en soms niet.
Tip 2 is daarom: kijk eens of jij je kind meer ruimte kan geven om zelf baas te zijn. In welke situaties, bij welke beslissingen en keuzes kun je je kind meer zeggenschap geven? Het zou zo maar kunnen, dat daarmee het eten een veel kleiner probleem wordt. Vooral als je een kind hebt met een sterke eigen wil.
Tip 3: Zorg dat je kind overdag al de nodige voedingsstoffen binnenkrijgt. Zorg dat wat ze aan tussendoortjes krijgt, alleen maar gezond is. Vooral groentes en fruit zijn onmisbaar voor de nodige voedingsstoffen. Denk dus aan stukjes (rauwe groente) en fruit. Maar vergeet ook de eiwitten niet, zuivel bijv. of noten. Het avondeten kan dan ook uit een boterham of een bord pap bestaan.
Koop allerhande verschillende soorten groente en fruit. Probeer uit wat je kind lekker vindt. Wortels of komkommer, maar misschien ook wel bietjes of koolraap. Gedroogd fruit is een heel geschikt alternatief voor snoep. Lekker zoet en toch gezond. Controleer wel of er geen suiker aan toegevoegd is. Als je kind er oud genoeg voor is, zijn noten ook heel gezond, het liefst ongebrand. Ook olijven kun je eens proberen, er zijn genoeg kinderen die ze lekker vinden.
Tip 4: zoek op internet naar ideeën. Er zijn tegenwoordig veel goede blogs te vinden met ideeën voor gezonde, lekkere snacks. Verdiep je in wat goede voeding eigenlijk is, wat je kind nodig heeft. Google eens op “lekker en gezond eten voor kinderen”, dan vind je een hele lijst aan sites met interessante tips.
Tip 5: betrek je kind bij het voorbereiden van het eten. Overleg wat hij lekker vindt, kijk waar hij kan helpen met klaarmaken (kun je ondertussen vast iets proeven). Laat haar de tafel dekken en het gezellig maken, bijvoorbeeld kaarsjes aan. Zorg dat de maaltijd een prettig moment blijft. Een gezellig samenzijn, waarbij ondertussen gegeten kan worden.
Tenslotte: een kind hongert zichzelf doorgaans echt niet uit. Als jij maar zorgt dat wát er binnenkomt veel voedingsstoffen bevat, hoef je je geen zorgen te maken. Maak je je wel ongerust of is je kind moe en lusteloos, overleg dan met de huisarts of op het consultatiebureau of je kind risico loopt op ondervoeding.
Is jouw kind een moeilijke eter? Hoe ga jij daar mee om? Laat het hieronder weten, ik hoor graag van je. Delen is ook fijn, dank je wel!
Ik heb het al vaker gezegd: kinderen zijn net mensen 🙂 Ze houden er ook niet van om de hele dag te horen wat ze moeten doen of laten. Ze willen net als wij graag de dingen zelf bepalen en zelf uitzoeken en zelf uitproberen. Autonomie heet dat. En juist pittige kinderen zijn hier heel gevoelig voor. Wees niet bang om aan die autonomiebehoefte tegemoet te komen, het zal je kind meer ontspanning en rust brengen (en jou dus ook). Lees hier hoe je dat op een eenvoudige manier kunt toepassen.
Als je kind met een vraag komt, luister dan goed. Weersta de verleiding om direct antwoord te geven. Probeer eerst goed te luisteren naar je kind. Wat vraagt ze precies en waarom? Laat het even op je inwerken en beschouw de verschillende kanten. Als je de neiging hebt om ‘nee’ te antwoorden, onderzoek dit dan. Kan het ook een ‘ja’ zijn onder voorwaarden, misschien?
Wat helpt is om te beginnen met zeggen ‘Daar moet ik even over nadenken’. Dat voorkomt dat je te snel ‘nee’ zegt. Vervolgens heb je dan tijd om nog wat door te vragen. Laat je overtuigen door je kind, daar is niks mis mee. Het is niet zo dat je dan over je heen laat lopen. Je neemt je kind gewoon serieus en dat is belangrijk.
Bovendien kun je tegelijkertijd nadenken over je eigen grenzen, zorgen of behoefte die communiceren. “Ja, ik snap dat je dat graag wilt, maar ik ben wel een beetje bang dat het dan een grote kliederboel wordt en daar heb ik niet zo’n zin in. Hoe kunnen we zorgen dat dat niet gebeurt?”. Dat klinkt toch heel anders dan “Nee hoor, dat wordt teveel geklieder”.
Als je merkt dat je wilt ingrijpen bij je kind, je kind wilt sturen of iets wilt verbieden, probeer dan eerst te kijken wat er precies speelt. Bij jouw kind en bij jezelf. Stel jezelf vragen, bijvoorbeeld:
Door dit te onderzoeken krijg je helder of het klopt dat je wilt ingrijpen en waarom. En zul je regelmatig ontdekken dat jij iets misschien lastig vindt (het irriteert je, je maakt je zorgen of je wilt dat je kind anders is dan ze laat zien), maar dat het voor jouw kind helemaal niet nodig is dat je ingrijpt. Hoe beter je kunt dealen met je eigen gevoel en gedachten, hoe makkelijker het wordt om je kind ruimte te geven zijn eigen dingen te doen.
Geef je kind de ruimte om de dingen op haar eigen manier te doen. Geef alleen aan wat er moet gebeuren, niet hoe. Laat je kind zelf uitvinden wat de handigste manier is om bijv. de tas in te pakken, op te ruimen, brood te smeren, kleren op te vouwen, enz. Pas als je ziet dat je kind iets lastig vindt kun je vragen of hij hulp nodig heeft. Geef zo min mogelijk ongevraagd advies, laat het aan je kind of hij dat wil.
Kijk in welke situaties je je kind meer keuzevrijheid kan geven. Laat je kind bijvoorbeeld zelf haar kleding uitzoeken als ze dat graag wil. Of wanneer er huiswerk gemaakt moet worden: ‘ Wil je nu woordjes oefenen of na het eten?’, ‘wanneer ga je muziek oefenen?’. Natuurlijk geef je hierbij ook je eigen behoeftes of grenzen aan ‘Lieverd, ik heb nu tijd om je te helpen of direct na het eten, voordat ik je zusje naar bed breng’of ‘je kunt nu piano spelen of direct na het eten. Later kan niet, want dan ligt je zusje op bed’.
Het leuke van deze tips is dat ze doorwerken. Niet alleen op het moment zelf kunnen ze conflicten voorkomen doordat je je kind ruimte geeft. Ook zal je kind ontspannen naarmate het meer momenten van autonomie ervaart en daardoor makkelijker om kunnen gaan met momenten waarop dat niet kan.
Welke van deze tips pas jij al toe? En wat heeft je op een idee gebracht? Laat het hieronder weten, ik vind het fijn om wat van je te horen.
En als je het goede tips vindt, deel dit blog dan via de shareknop hieronder, zodat nog meer ouders hier van kunnen profiteren.
Door de site te te blijven gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies. Privacyverklaring
De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.