Ik weet het, het is een stokpaardje van mij, maar het is ook echt belangrijk! Luister naar je kind. Luister echt. Met aandacht. En laat het tot je doordringen. Probeer je kind te begrijpen, het perspectief van je kind te zien.
We hebben vaak wel de bedoeling om te luisteren. En soms doen we dat natuurlijk ook. Maar misschien toch net iets minder dan je denkt.
Het is een gewoonte om onze eigen mening bij het kind ‘naar binnen te schuiven’. Je wilt zo graag je kind vertellen hoe de wereld in elkaar zit of wat wél en niet mag. Opvoeden heet dat, geloof ik 😊
Soms is het omdat je bang bent dat je kind ongepaste reacties heeft. Onaardig is, of onbeleefd. Te weinig rekening met anderen houdt. Dat laatste is vooral je grootste angst. Toch?
Of die andere angst speelt op: dat je kind een verwend mormel wordt. Dus kun je hem of haar niet zomaar zijn zin geven. Ik hoorde pas nog een leuke, vlotte moeder tegen haar kind zeggen “Kinderen hebben niks te willen…”
En dat maakt dat je niet altijd echt luistert. Je kind vertelt iets en jij reageert met “Ja, maar…..”. “Ja, maar kijk eens naar wat je wél hebt” , “Ja, maar weet je wel hoe lastig dat is?” “Ja maar dat kost geld, hoor”, “Ja, maar…..” Allemaal bezwaren.
En ik zeg niet dat je bezwaren nooit terecht zijn. Maar realiseer je eens hoe dit op je kind overkomt. Je kind vertelt je iets wat haar bezighoudt, wat hij graag wil of wat zij ergens van vindt. En jouw ‘Ja, maar’ geeft de boodschap dat ze dat niet mag vinden, dat het fout is wat hij wil.
Je kind voelt zich niet gehoord. En als je een beetje een pittig kind hebt, dan leidt dat ook nog eens tot moeilijk doen, dwars liggen of boos worden. Daar zit je ook niet op te wachten, wel?
Slik daarom je ‘Ja, maar’ eens wat vaker in. Beaam wat je kind zegt, erken het. Luister naar wat je kind écht zegt. Je bezwaar inbrengen kan altijd nog als dat aan de orde is. Maar doe dat dan later en zeg dan bijv. “Ik snap het helemaal, het punt is dat …”.
Dus als jij jezelf nu betrapt op een “Ja, maar..”, maak je zin dan niet af, maar buig het om. Zeg er bijvoorbeeld achteraan “Eh, ik bedoel Ja, ik hoor je. Dus jij …..”. Zo voelt je kind zich weer gehoord.
Vind je dit een goeie tip? Fijn als je dit artikel wilt delen op sociale media. En je reactie is natuurlijk ook welkom hieronder.
In mijn vorige blog beschreef ik veelgemaakte fouten in de communicatie met kinderen. Was jij net als anderen benieuwd wat dan de alternatieven zijn? Ik geef je hier 3 manieren van communiceren die wél effectief zijn (en meer respectvol naar je kind).
GEEF ERKENNING
Doe je best om je kind te begrijpen. Ga in zijn schoenen staan, verplaats je in haar situatie. Probeer te snappen wat je kind beroert. En accepteer dat je kind iets anders ervaart dan jij zou willen of had gedacht. Wat voor jou een onbenulligheid is, kan voor je kind echt een obstakel zijn.
Laat ook merken dat je het begrijpt. “O lieverd, ik zie dat het helemaal niet lukt, wat vervelend voor je”, “Je bent écht boos, dat snap ik. Het is ook stom, dat ….” Of “Het spijt me zo, dat het niet anders kan. Ik snap heel goed dat je nu gefrustreerd bent”. Om maar wat voorbeelden te geven.
Erkennen kan soms verbluffend goed werken. Toch is het geen trucje om je kind mee te krijgen in wat er aan de hand is. Het is daarom ook nodig dat je erkenning oprecht is en dat je accepteert dat je kind desondanks boos wordt of blijft. “Het is oké, wees maar even boos”.
Eerder schreef ik dit blog over het belang van erkennen.
LUISTER NAAR JE KIND
En daarmee bedoel ik écht luisteren. Dus vraag door. Nodig je kind uit om te vertellen. Wees nieuwsgierig in de goede zin van het woord. Parkeer je eigen mening of gedachte. En probeer te luisteren zonder oordeel. Zonder interpretatie vooraf.
Een kind wat zich gehoord voelt heeft meer ruimte om te horen wat jij wilt zeggen. Dus is het handig om eerst te luisteren naar hoe je kind iets ervaart, voordat je met je eigen behoefte of zorg komt.
Lees hier een uitgebreider blog over luisteren naar je kind
GEEF EEN IK-BOODSCHAP
Als jij iets van je kind wil, geef dan een duidelijke ik-boodschap. Een ik-boodschap is het tegenovergestelde van een jij-boodschap, zoals ik die in mijn vorige blog beschreef. Een jij-boodschap wordt gemakkelijk als een aanval gevoeld en roept daarom al snel verzet op. Of het bevat een opdracht en daar houd je kind niet van.
Met een ik-boodschap doe je een beroep op de behulpzaamheid van je kind. Je legt uit waar je last van hebt of wat je graag wil en waarom. Geef daarbij je gevoel weer. Het geeft je kind de kans om zich in jou te verplaatsen en zich met je te verbinden.
Voorbeelden van een ik-boodschap zijn “We moeten nu echt weg, want anders ben ik bang dat we te laat komen. En ik vind het erg vervelend om de logopediste te laten wachten als ze erop rekent dat wij er om 3 uur zijn” of “Ik wil graag naar je luisteren, maar dat lukt niet omdat ik met mijn hoofd in het werk zit. Als je even 5 minuutjes wacht heb ik deze mail af en kan ik naar je luisteren. Dan kom ik naar je toe” of “Als je je voetbaltas niet meteen uitpakt gaat het erg stinken in de schuur, dat vind ik echt naar. En bovendien ben ik bang dat je kleding bederft omdat het nu vochtig in je tas zit. Dus kunnen we afspreken dat je die meteen als je thuiskomt even uitpakt?”.
Meer over de ik-boodschap lees je hier
Vind je dit goede tips en wil je me helpen meer ouders te bereiken? Deel dit blog dan door op de social media buttons te klikken. Dank je wel! En laat hieronder weten wat jouw ervaringen zijn in de communicatie met je kind. Ik hoor graag van je 🙂
Door de site te te blijven gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies. Privacyverklaring
De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.