Geen diagnose maar hulp!
Het is bedroevend, maar waar. Ik hoor steeds vaker dat een diagnose deuren opent, die anders gesloten blijven. Als je als ouder hulp nodig hebt bij het omgaan met je kind, word je daardoor bijna gedwongen om een diagnostisch onderzoek te laten doen. Hoe ontsnap je daar aan?
Want veel ouders willen dat helemaal niet. En ik kan me dat goed voorstellen. Een diagnose is toch een label. Je zet je kind daarmee vast. ‘Zo ben jij’. En het komt ook erg op de voorgrond te staan. Voor anderen kan je kind de diagnose worden i.p.v. dat ie er één heeft: je kind wordt ‘een ADHD-er’ of een PDD-NOSser’.
Alles wat je kind doet, wat hij of zij lastig vindt, niet goed in is, hoe je kind reageert, wordt dan gezien in het licht van de diagnose. Maar je kind is altijd veel meer dan dat. Elk kind blijft unieke combinatie van eigenschappen, ongeacht een diagnose.
Het kan ook ervaren worden als een ‘eindstation’: hier kom je nooit meer van af. En dat kan een rem op ontwikkeling zetten. Want ook al heb je bepaalde kenmerken, ook al heb je problemen omdat je op een bepaalde manier in elkaar steekt, elk kind, elk mens kan leren, kan groeien. En dat perspectief wil je je kind graag geven, toch?
Bovendien: wat zegt een diagnose nu precies over jouw kind? De procedure van het diagnosticeren zit namelijk zo in elkaar, dat het ene kind met ADHD heel andere kenmerken kan hebben dan de andere. Om de diagnose te krijgen moet je kind voldoen aan een aantal kenmerken die op een lijst staan, ongeveer de helft.
Nog een reden om huiverig te zijn voor een diagnose is dat je niet weet wat het doet met het zelfvertrouwen van je kind. Het kan voelen alsof je je kind vertelt dat het ‘niet goed’ is, dat er iets mis is met hem of haar. En dat wil je eigenlijk niet.
Tenslotte blijkt in de praktijk vaak, dat een kind niet in één hokje past. Er zijn heel wat kinderen, die wisselende diagnoses krijgen. Was het eerst ADHD, nu is het PDD-NOS. Of je kind krijgt een diagnose en je blijft toch twijfelen, omdat het niet helemaal past met wat je erover leest en meekrijgt aan informatie.
TOCH: laten we eerlijk zijn, je kind is echt anders (dan de meeste kinderen). Dat is zo en dat moet ook benoemd worden. Dat moet begrepen worden. Dat geeft rust. En dat is zeker een positief effect als je een diagnose laat stellen.
MAAR: daarvoor hoef je niet perse een diagnostisch onderzoek te laten doen. Je kunt ook ‘gewoon’ uitgaan van het feit dat het je kind anders is en uitzoeken hoe je kind anders is. Dat het gedrag van je kind dus geen onwil is, maar onmacht. Uitgaan van je kind helpen i.p.v. corrigeren. Achterhalen hoe en wat je kind ervaart, je kind daarin serieus nemen. Proberen te leren begrijpen wat je niet in eerste instantie niet snapt. Met respect voor de eigenheid van je kind.
Als dit een weg is, die jij graag zou inslaan met je kind, dan is mijn onlineprogramma heel interessant voor jou. Want daarin leer je een andere aanpak, eentje die je leert om je kind beter te begrijpen, om je eigen gedrag beter af te stemmen op je kind. Anders om te gaan met situaties en emoties. Zodat je veel minder conflicten hebt, de sfeer verbetert en jij je kind steeds beter gaat begrijpen.
Meld je om te beginnen aan voor het gratis webinar hierover, dat ik woensdag 11 en vrijdag 13 november geef.
Vind je dit interessant voor anderen? Deel het dan via de shareknop, dank je wel!