Tag Archives forontspannen opvoeden

Mijn kind wil alleen door mama naar bed gebracht worden

Dat is een klacht die ik regelmatig hoor van ouders. En dat betekent dat vaak veel gedoe bij het naar bed brengen. Dat best vaak eindigt met dat mama toch maar in actie komt en het kind in bed stopt. Dat is natuurlijk niet de bedoeling, want het is niet wat jij wil. Ik heb een paar simpele tips voor je.

Ten eerste kan het helpen als je als moeder even een ommetje doet. Want als je er niet bent, kan je kind je ook niet roepen, simpel zat. Dus het werkt. Maar ja, je wil niet altijd verplicht een blokje om, toch?

Maar goed, het kan wel helpen om het makkelijker te maken voor je kind. Om te wennen aan papa en dat dat ook kan. Dus niks mis mee, maar op een gegeven moment wil je het zonder blokje om.

De belangrijkste tip is: geef duidelijkheid. Zorg voor een vaste structuur. Dat kan zijn iedere dag om en om. Dat kan ook zijn vaste dagen in de week. Het maakt in feite niet uit, als er maar een structuur in zit.

En zorg dat die structuur ook zichtbaar is. Pictogrammen oid zijn ideaal daarvoor. Zo kan je kind ’s ochtends al weten wie haar die avond naar bed brengt. En ze kan het zelf nakijken, ze hoeft het niet te vragen.

Natuurlijk gaat dat niet zonder slag of stoot. Zo makkelijk gaat het nou eenmaal niet met pittige kinderen. Ze zullen eerst protesteren, ook al heb je het duidelijk aangekondigd.

Dan zit er niks anders op dan de eerste paar keer de protesten te trotseren. Of te accepteren beter gezegd. Geef volop erkenning. Én: geef perspectief: ‘natuurlijk wil je het liefste mama, mama is de liefste, toch? (knipoog). En weet je: je moet ook gewoon even wennen. Maar ik weet zeker dat je eraan went en dan hebben wij het ook leuk’.

Wat ook kan helpen is dat je wel allebei precies hetzelfde ritueel doet. Het hoeft niet, maar ik zou het wel doen als het helpt. Evenveel liedjes, evenveel verhaaltjes, enz. Als het eenmaal geen probleem meer is, kun je natuurlijk ook kijken hoe je er juist iets bijzonders van kan maken als jij je kind naar bed brengt, wat speciaal is aan jullie moment samen.

Oh ja, en lees voor mama gerust papa. Want het omgekeerde komt natuurlijk ook voor. Of het kind heeft een voorkeur voor de ene mama of de ene papa boven de andere. Het principe blijft hetzelfde. Succes!

Herken je dit, heb je er ook weleens mee te maken gehad? Hoe heb jij het toen opgelost? Ik hoor graag van je. En delen is ook fijn 🙂 Dank je!

Waarom je kind zelf verantwoordelijk mag zijn

De meeste ouders maken zichzelf verantwoordelijk voor hun kind. Of het wel op tijd op school komt (ook al is je kind al een puber), of het huiswerk afkomt, enz. Dat is niet handig, zelf bij jonge kinderen kun je je kind al deels zelf verantwoordelijk laten zijn. Daar zijn verschillende redenen voor.

Eén van de belangrijkste redenen is dat je daarmee uit de machtsstrijd kunt komen. Machtsstrijd ontstaat omdat jij iets van je kind wil, waar een kind het nut (nog) niet van inziet. Jij wil je kind besturen en een pittig kind laat dat niet toe. Met als gevolg: veel strijd.

Een andere belangrijke reden is dat je kind leert door ondervinding. Pittige kinderen willen graag hun eigen ding doen. Ze luisteren niet naar je goedbedoelde aanwijzingen. Ze moeten eerst consequenties ervaren.

Pas dan ontstaat er een motivatie om dingen anders te doen. Om een voorbeeld te geven: laat je kind zelf zorgen dat ze op tijd op school komt. Spreek met de juf af, dat niet jij, maar je kind erop aangesproken wordt als ze te laat komt.

Niet dat je je kind aan zijn lot moet overlaten. Natuurlijk help je je kind om dit te kunnen. Door bijvoorbeeld een checklist of pictogrammen te gebruiken in combinatie met een timer of gewoon met de klok. Zodat het wel voorgestructureerd is en je kind niet verzandt in wat er moet gebeuren.

Maar de verantwoordelijkheid om het ook te doen, ligt dan bij je kind. Zie jezelf als een begeleider, een coach. Als het ‘misgaat’, bespreek dan met je kind wat er nodig is om het wél te laten lukken. Zo laat je je kind niet zwemmen, maar neem je het ook niet over.

Het is dus zowel goed voor jou als voor je kind. Voor je kind is het leerzamer. Voor jezelf scheelt het veel stress, je kunt meer ‘achteroverleunen’. Al zit daar wel een addertje onder het gras: je moet wel leren om te laten gebeuren dat dingen ‘misgaan’. En dat vinden we vaak lastig, maar oefening baart kunst.

En het kan ook zomaar zijn dat je dan positief verrast wordt. Dat iets helemaal niet misgaat, al had jij dat wel verwacht. Dus het is ook heilzaam voor jouw vertrouwen in je kind.

Tenslotte is het beter voor jullie relatie. Je kind voelt zich meer serieus genomen en meer vrijgelaten, jullie hebben veel minder strijd en een beter contact. Wat wil je nog meer 😊

Ben je het met me eens of doe je het al zo? Ik lees graag je reactie hieronder. Ook fijn als je het voor me wilt delen. Dank je wel!

Eigenlijk logisch dat je zoveel strijd hebt met je kind

Als ouders mijn hulp inroepen is dat 9 van de 10 keer omdat ze veel strijd hebben met hun kind. Omdat er vaak gedoe is, ruzie is, hun kind vaak nee zegt en niet meewerkt. Eigenlijk iets wat elke ouder weleens ervaart. Maar dan gewoon elke dag. Elke dag strijd met je kind is uitputtend en maakt ouder en kind niet gelukkig. Hoe komt het nu dat je zo vaak strijd met je kind hebt?

Laat ik maar met de deur in huis vallen: het is NIET omdat je niet kunt opvoeden, omdat jij het allemaal verkeerd zou doen. Als je vaak strijd hebt met je kind, kun je wel heel gemakkelijk dat gevoel krijgen, maar onthoud: dat is niet waar. Het ligt niet aan jou!

Bijna altijd als ik met ouders in gesprek raak, blijkt vroeg of laat in dat gesprek dat hun kind geen doorsnee kind is. Kinderen met specifieke kenmerken. Vaak zijn het kinderen die niet flexibel zijn, prikkelgevoelig zijn, graag de dingen zelf bepalen en behoorlijk temperamentvol zijn. Een pittig kind, noem ik dat tegenwoordig.

Ligt het dan aan het kind? Nee, ook niet. Je kind heeft specifieke kenmerken, maar dat heeft iedereen. Niks abnormaals aan. Het ligt aan de interactie. De combinatie van kind en hoe je met je kind omgaat, je opvoedingsaanpak. Deze kinderen gedijen niet bij de gebruikelijke aanpak in het opvoeden.

Over het algemeen gaan ouders in Nederland vrij vriendelijk met hun kinderen om. Ze geven ruimte en inspraak aan hun kind. Maar als puntje bij paaltje komt zijn ze wel de baas. Zo nodig wordt gedrag gecorrigeerd door belonen of straffen (time out bijvoorbeeld)

En veel kinderen doen het daar op. Niet dat het in mijn visie het beste is wat je je kind kan bieden, maar bij veel kinderen geeft dat niet echt grote problemen. Over het algemeen loopt het wel en eventuele problemen vallen in de categorie “Overal is weleens wat”, je weet wel wat ik bedoel.

Maar de kinderen die ik hierboven omschreven heb, die doen het daar niet op. Die worden snel boos, accepteren moeilijk een nee, willen hun zin doordrijven en strijden desnoods door tot het bittere eind. Ze zullen niet snel jouw gezag accepteren. En juist thuis gooien ze de kont tegen de krib.

Bovendien kunnen ze boos worden omdat ze zich onbegrepen voelen. En vaak is dat ook zo. Omdat ze wat anders in elkaar steken dan de meeste kinderen, worden ze niet echt begrepen. En reageert een ouder onbewust op een verkeerde manier.

Tenslotte word je als ouder door het gedrag van deze kinderen nogal op de proef gesteld. Veel meer dan bij andere kinderen worden jouw emoties getriggerd. En die maken het probleem ook weer groter. Want er zit een grens aan hoe lang jij je geduld weet te bewaren.

Wat is er nu nodig om uit deze strijd met je kind te komen? Daarvoor is een andere benadering van je kind nodig. Eentje die ervoor zorgt dat je kind zich beter begrepen en geaccepteerd voelt. Eentje die recht doet aan de behoefte van je kind aan eigen inbreng. Eentje die jouw handelen veel beter afstemt op de specifieke kenmerken van je kind.

Mijn belangrijkste boodschap is dus: het ligt niet aan jou, het ligt niet aan je kind. Jullie doen allebei je best. Maar je kind heeft iets anders van je nodig. En het goede nieuws is: dat kun je leren.

Concrete tips vind je in mijn gratis handleiding, gratis onlinetrainingen en blogs. Aanmelden voor een online training doe je hier.

Heb je meer hulp nodig, dan kan mijn onlineprogramma Stap voor stap een gelukkig gezin je goed helpen. Klik hier om te lezen wat het programma hoe dit programma ook voor jou de oplossing kan zijn

Wil je me helpen om deze boodschap verder te verspreiden? Deel dit blog dan voor me. Heel erg bedankt daarvoor! 

En natuurlijk hoor ik graag van je, dat kan hieronder 🙂

Het nieuwe opvoeden

Wat ik niet begrijp is dat wij (als maatschappij) onze kinderen nog steeds willen vormen naar onze normen als volwassenen.  In onze eigen opvoeding zijn we min of meer gedwongen om ons aan te passen, ons keurig te gedragen. Maar werden we daar gelukkig van? Werden we daar een beter mens van? Ik denk dat het ander kan, moet en anders zal gaan in te toekomst.

Zoveel van de huidige volwassenen hebben psychische problemen, of een burnout, omdat ze te lang over hun eigen grenzen zijn gegaan. Of ze zijn ‘geslaagd’ in het leven, maar toch ongelukkig. We worstelen met wie we zijn en wie we willen zijn. Waar we echt gelukkig van worden, is onszelf kunnen zijn en geaccepteerd worden zoals we zijn. Dat er van ons gehouden wordt om wie we zijn. Dat we onze eigen grenzen kennen en kunnen handhaven. Onze dromen durven te leven.

Zie alleen al het enorme aanbod op het gebied van persoonlijke ontwikkeling. Er zijn zoveel trainingen over het innerlijke kind in ons. Zoveel cursussen om in je kracht te komen, jezelf te durven laten zien, op te kunnen komen voor jezelf, je dromen leven, noem maar op. Dat is op zich heel goed natuurlijk. Het betekent alleen ook, dat we dat nodig hebben, er behoefte aan hebben.

Als je dat ziet is het toch niet meer dan logisch, dan dat we een generatie gaan opvoeden die dat minder nodig heeft dan wij? Een generatie die van jongs af aan bevestigd is in hoe ze zijn, wie ze zijn. Zodat ze zichzelf niet meer hoeven te gaan zoeken als ze eenmaal groot zijn.

Een kind heeft één ding vooral nodig en dat is onvoorwaardelijke liefde. Onvoorwaardelijke liefde betekent acceptatie, vertrouwen en respect. Ruimte geven aan eigenheid. Dus blij zijn met je kind, hoe hij of zij ook is, zijn/haar eigenheid respecteren, steunen en bevestigen. Zo krijgt het kind een stevige basis voor zelfvertrouwen. Zelfvertrouwen, dus vertrouwen in jezelf, betekent weten dat je uitdagingen aan kunt, maar ook dat je je eigen ideeën mag hebben, je eigen dromen mag waarmaken. Dat je ertoe doet. De ruimte voelen om het leven te leiden dat jij wilt leiden.

Ik geloof onvoorwaardelijk in de goedheid van mensen. En nee, ik ga niet de discussie aan over die paar ernstig gestoorde lieden die vreselijke misdaden begaan of zelfs hele groeperingen. Dat brengt ons nergens. Ik focus liever op al het goede dat ik weet dat er in mensen zit. Het zit alleen soms (vaak) een beetje verstopt onder verdedigingsmechanismes van de persoon, van het ego.

Het treft me elke keer weer, hoe snel mensen elkaar vinden als het hart weer geopend wordt. Daar zit al die goedheid (noem het liefde) verstopt. Dat gaat voorbij aan alle opvattingen, verwachtingen, verwijten. Dan ontstaat verbinding en daar worden we gelukkig van.

Opvoeden is voor mij niet een kind, dat nog niets kan of weet, leren hoe het moet. Opvoeden is juist het kind helpen bij zijn reis door het leven, het ontdekken van wat leven en samenleven met andere mensen inhoudt. Ik geloof in het goede van kinderen en we moeten eerder zorgen dat we dat koesteren, de ruimte geven en niet beschadigen, dan dat we kinderen zo nodig moeten disciplineren.

Toen ik zo’n 20 jaar geleden voor het eerst aan mijn ‘ontdekkingsreis naar mezelf’ begon en ‘mezelf terugvond’ (eigenlijk hele rare termen, want ik was er al die tijd natuurlijk, maar je snapt wat ik bedoel), dacht ik “En hoe zorg ik er nu voor dat mijn kinderen dit niet hoeven te doen?” Ik kwam er al snel achter dat het zo niet werkt, je kunt geen dingen voorkomen voor je kind. Elk mens, elk kind heeft zijn eigen pad te gaan.

Maar inmiddels is het me wel zonneklaar, dat een opvoeding gebaseerd op respect voor je kind een hele goede stap in de richting is. Ik ben ervan overtuigd, dat als je dát doet, als je je kind bevestigt in hoe hij of zij is (wat iets anders is dan uitgaan van jouw idee hoe je kind is), je kind dan een goede basis heeft om het leven te gaan leiden dat bij hem past. Dat je kind sterk en kwetsbaar tegelijk kan zijn, durft te laten zien wie zij is.

Wat ik wil bijdragen aan de wereld is een respectvolle manier van omgaan met onze kinderen, thuis, maar ook op school en daarbuiten. Omdat het kind dat verdient, omdat je er als ouder gelukkiger  van wordt en omdat onze maatschappij er op termijn baat bij heeft.

Het is ook mijn overtuiging, dat dit het opvoeden van de toekomst is. Ook als maatschappij, als mensheid groeien we. En alles wat nu gewoon is, is ook eerst door een groep voorlopers in de wereld gebracht. Ik geloof, dat de ouders, die nu op een onvoorwaardelijke, respectvolle manier hun kind opvoeden tot die voorlopers behoren (en ja, daarbij hoort ook tegenstand en kritiek)

Deze ouders wil ik helpen door ze te steunen, inspiratie en concrete handvatten te bieden. En in het bijzonder de ouders van kinderen met moeilijk gedrag. Omdat deze kinderen ons min of meer dwingen het anders te doen, omdat de ‘oude’ manier van opvoeden niet werkt bij hun. Ze hebben een inmense behoefte aan autonomie, respect, erkenning (ook van hun anders-zijn) en steun.

Ik hoor heel graag of jou dit aanspreekt, of je er iets in herkent, wat jouw drijfveren zijn in het opvoeden of waar je mee worstelt. Schrijf hieronder jouw reactie. En vind je het een inspirerend artikel? Fijn als je het wilt delen, dank je wel daarvoor.

Straffen? Gewoon niet meer doen

Eerlijk gezegd denk ik dat bijna elke ouder weleens straft. Het is misschien wel het eerste wat in je opkomt als je kind niet luistert. Vooral als je kind nog jong is en jij nog niet zo ervaren. Misschien deed je het de eerste keer wel zonder nadenken. Je ziet het jezelf opeens doen 🙂

Zo ging het bij mij wel. We waren op bezoek en hij zat aan een vaas waar hij af moest blijven. En hij luisterde niet, dus zetten wij hem op de gang. Hij was nog een peuter. Ik vond het een mijlpaal (maar niet eentje om te vieren).

Wat wisten wij nou helemaal van opvoeden? We wisten wel dat we niet wilden dat de vaas kapot ging. Het was misschien wel onze angst die maakte dat we op deze manier ingrepen. Of het hielp weet ik niet meer, wel dat het mij geen goed gevoel gaf. (En dat klopt ook, weet ik nu.)

Opvoeden doe je met de kennis die je hebt. En als je je verder weinig hebt ‘bijgeschoold’ door boeken te lezen bijvoorbeeld, dan leun je vooral op hoe je zelf opgevoed bent en wat je om je heen ziet. Zeg maar de standaard in onze maatschappij. En straffen hoort daar bij, dat zit gewoon in ons systeem.

Het komt vooral in ons op als we boos zijn op een kind. We willen iets doen met die boosheid, we willen ons gezag laten gelden. En voor je het weet roep je dan: “ga maar naar je kamer en ik hoef je even niet meer te zien” of “Vandaag geen iPad meer”. Herkenbaar?

Ik durf de stelling wel aan, dat het straffen meestal gebeurt tijdens een boze bui van de ouder. Veel vaker dan dat er rustig en weloverwogen een straf wordt uitgedeeld. Dat maakt straffen niet alleen ineffectief (het verergert namelijk de strijd met je kind), maar ook oneerlijk. Je hebt ruzie met je kind en jij maakt gebruik van je macht, terwijl je kind dat niet kan.

Wat het ook niet effectief maakt, is dat je in een boze bui vaak niet goed nadenkt over de straf. Je straft te zwaar, waardoor je later de straf weer herroept. Zo van: “je blijft de rest van de dag op je kamer” en vervolgens laat je je kind na een uurtje weer naar beneden komen.

Mijn advies is om niet meer te straffen. Gewoon nooit. En zeker niet in een boze bui. Want dat maakt de strijd alleen maar erger. Dus ben je boos op je kind: bijt je tong af en zorg eerst dat je jezelf tot bedaren brengt. Door bijvoorbeeld wat rustiger en dieper in en uit te ademen. Daarna kun je als dat nodig is je kind (laten) kalmeren.

En pas als jullie allebei weer rustig zijn, kun je praten over de aanleiding van je boosheid en afspraken maken. Je kind wil namelijk wel luisteren, maar iets zit in de weg. In een open gesprek kun je daar achter komen en afspraken maken voor de toekomst.

Ook als je wel rustig blijft, is straffen lang niet altijd een goed idee. Bij pittige kinderen werkt straffen averechts, omdat jij je macht inzet. En dat is precies wat een pittig kind triggert. Bovendien gaat het voorbij aan de oorzaak van het gedrag, wat maakt dat je kind niet luistert? 

Nu denk je misschien ‘dat is mooi en aardig, stoppen met straffen, maar wat dan?’ Een terechte vraag, want je kind heeft wel iets te leren natuurlijk. Gelukkig zijn er andere manieren om je kind te helpen zich aan de afspraken te houden. Wil je meer weten daarover, volg dan mijn webinar. Aanmelden kan hier.

Vind je dit interessant, wil je het dan voor me delen, zodat we meer ouders kunnen bereiken? Dank je wel alvast. En ook je reactie is meer dan welkom hieronder. Ik lees het graag!

5 Misverstanden over opvoeden

Opvoeden zoals de meeste mensen dat doen noem ik de ‘standaardmanier’. Dat wat je om je heen ziet en hoe je zelf bent opgevoed. Naar mijn idee zitten daar een aantal foute veronderstellingen in, een aantal misverstanden. En die maken dat je juist bij een pittig kind snel in de problemen kan komen. Ik zet ze hier voor je op een rijtje.

1. OPVOEDEN IS HET CORRIGEREN VAN GEDRAG

Veruit de meeste mensen zien dit nog zo. Dat is waar opvoeders zich mee bezig houden, het corrigeren van gedrag. En dat doen we dan door te proberen het gedrag rechtstreeks te sturen. Door sommige dingen te verbieden en andere juist te vragen (eisen). Daarbij horen de woorden ‘jij moet, jij mag of je mag niet, of ik wil dat’. Zo nodig maken we daarbij gebruik van negeren (werkt meestal niet) straffen of belonen (bij voorkeur).

Dit is zo algemeen, dat het ons bijna in de genen zit, zeg maar. Zo zijn we zelf opgevoed en zo zien we het om ons heen.

Maar zoals ik al vaker heb geschreven, (lees bijvoorbeeld dit blog) is dit een misverstand. Kinderen leren vooral van wat je voorleeft. En daarnaast helpt corrigeren niet als je niet weet wat er aan het gedrag ten grondslag ligt. Een kind dat het wel goed wíl doen, maar het niet voor elkaar krijgt, help je niet met straffen of belonen. Sterker nog, dan geef je het kind nog een extra laagje negativiteit erbij.

2. JE MOET ALTIJD CONSEQUENT ZIJN

Dit is een hele hardnekkige. Niet consequent zijn is, naast het verwennen van je kind, één van de ergste fouten die je kunt maken. Niet dus. Het maakt alleen maar dat je strijd hebt met je kind. Dat je altijd bezig bent om ‘te winnen’. Maar je kind wil niet verliezen. Dus. Dan heb je strijd.

Maar een kind heeft toch duidelijkheid nodig? Ja, dat klopt. En daarom is het wel belangrijk om duidelijke afspraken te maken en vaste routines te hebben. Maar dat jij gisteren geen zin had in rommel maken en vandaag wel, dat kan toch? En als je kind een goed argument heeft, waar jij nog niet aan gedacht hebt, dan er toch niks mis mee om je te laten overtuigen? (Lees hier meer over de mythe van het consequent zijn)

3. ALS OUDERS MOET JE ALTIJD ÉÉN LIJN TREKKEN

Nee dat moet je niet.  Je bent twee verschillende mensen, met verschillende opvattingen, voorkeuren en behoeftes. Wat de één een rommel vindt, kan de ander best wel opgeruimd vinden. Zorg daarom dat je over terugkerende zaken duidelijke afspraken hebt.

Maar dwing je partner niet om het met je eens te zijn, als dat niet zo is. Bespreek gewoon het probleem en zoek een oplossing die voor iedereen oké is.

4. ALS JE JE KIND ZIJN ZIN GEEFT, GAAT HIJ STEEDS VAKER ZEUREN

Je weet wel, ‘als je ze een vinger geeft …’ Maar ook deze klopt niet. Gek genoeg werkt het precies andersom 😊. Een kind dat ervaart dat ie serieus genomen wordt, dat haar behoefte ook meetelt, dat er veel ruimte is om zijn eigen zin te mogen doen, zal juist minder moeilijk doen als dat af en toe gewoon niet kan. Juist een kind dat minder ruimte krijgt voor autonomie zal steeds vaker dwars liggen en de strijd aangaan.

5. JIJ WEET HOE HET MOET

Soms wel ja, maar vaak ook niet. Je bent als ouder vaak geneigd om te denken dat jij de oplossing moet hebben. Dat jij moet zorgen dat je kind het fijn heeft. Dat jij moet bepalen wat wel of niet moet gebeuren. Maar dat is helemaal niet waar. Je kunt vaak helemaal niet weten wat goed is of niet.

Dat betekent dat je niet zo vaak hoeft in te grijpen als je misschien denkt. Laat je kind zijn eigen ervaringen opdoen. En het betekent ook dat jij het niet altijd hoeft te weten. En dat is best een opluchting, toch? Je weet niet wat later zal blijken ‘goed of fout’ geweest te zijn. Dus laat los. Laat het leven zijn gang gaan. Geef je kind ruimte voor zijn of haar eigen leerproces.

Is dit herkenbaar voor je? Verhelderend?  Ik lees graag je reactie. En als je het wilt delen op de social media, graag, bedankt alvast.

Moeten we strenger zijn?

Er is tegenwoordig veel te doen over verwende kinderen. Allemaal prinsjes en prinsesjes … We zouden massaal onze kinderen verwennen, waardoor ze geen weerstand hebben als het leven moeilijker blijkt dan gedacht. Volgens een hoogleraar klinische psychologie komen daardoor veel jongeren in de problemen, omdat ze niet geleerd hebben met tegenslag om te gaan. Klopt dit? En is strenger zijn dan het beste antwoord, zoals hij aangeeft?

Ik denk dat teveel verwennen zeker speelt. Ik betwijfel alleen of het zo algemeen gebeurt als gesuggereerd wordt. Dat jonge mensen zoveel in psychische problemen raken, kun je ook niet zomaar daarop afschuiven. Het heeft net zo goed te maken met de stress in onze maatschappij en de manier waarop het onderwijs onze kinderen onder druk zet.

Ook met de oplossing ben ik het niet eens. Meestal wordt namelijk geroepen, dat we weer strenger moeten zijn. Optreden. Zoals vroeger. Maar zeg nou zelf: wij (de 40-ers en 50-ers) zijn zeker niet verwend als kind. Maar zijn wij nu zo goed opgewassen tegen het leven? Ja, we kunnen heel goed doorzetten. Maar komen daar juist niet al die burnouts vandaan?

Volgens mij is er iets heel anders nodig. Want verwennen op de manier van je kind geven waar hij om vraagt is inderdaad niet goed. Want dat is niet wat een kind nodig heeft. Wat een kind wel nodig heeft van zijn ouders is onvoorwaardelijke liefde, vertrouwen, respect voor zijn/haar eigenheid en het recht op autonomie.

Een strenge ouder geeft dat meestal niet voldoende. Een strenge ouder bepaalt wat goed is voor zijn kind (hoezo autonomie?), maakt de liefde afhankelijk van het gedrag van het kind (zo ervaart het kind het tenminste) en luistert onvoldoende naar wat er in het kind omgaat.

Een  kind met een zogenaamde sterke wil is een kind dat het recht op autonomie gewoonweg opeist, no matter what. Bij zo’n kind gaat streng zijn niet werken. Je verzeilt acuut in een machtsstrijd, die je op den duur niet gaat winnen. Zeker in de puberteit niet meer. Bovendien, wat heet winnen als je kind doet wat jij zegt, maar de verbinding is verstoord.

Maar ben je dan niet een watje als je niet optreedt? Als je niet streng bent? Nee, hoor. Want je stelt wel grenzen. Tuurlijk wel. Je kracht haal je uit je zelfrespect. Weten wat je wel en niet wilt. En duidelijk zijn in de regels die je stelt, zoals ‘boos zijn mag, slaan niet’. Op het gebied van veiligheid en gezondheid zet jij de lijnen uit.

Die handhaaf je niet door te straffen, maar door duidelijk te zijn. (Overigens wordt duidelijk zijn nogal eens verward met streng zijn). Door een kind consequenties te laten ervaren. En vooral door je kind te helpen om zich aan deze regels te houden. Door een kind dat blijft slaan uit de situatie te halen bijvoorbeeld. Of door je kind te helpen om rustig in slaap te kunnen vallen.

Ja, er gaan dingen niet goed in hoe kinderen nu opgevoed worden. Maar dat was vroeger ook al zo. Alleen had de maatschappij daar niet zoveel last van. Maar is de oorzaak van veel huidige psychische problematiek niet juist gelegen in onze jeugd? In de manier waarop we opgevoed zijn? Waarom zou het dan slim zijn om weer ouderwets te gaan opvoeden?

Het is toch veel slimmer om nieuwe wegen te zoeken. Om te kijken en te oefenen in het opvoeden zonder straffen en belonen. Vanuit vertrouwen. Kijk maar eens in jezelf: was jij een egoïstisch kreng geworden als je wat minder streng was opgevoed? Of zit het goede gewoon in jou, in jouw hart? Zou dat bij je kind ook niet zo zijn?

Volgens mij wordt een kind geboren met allemaal mooie eigenschappen. En is het aan ons opvoeders om het kind te helpen volgens de innerlijke waarden te leven. Obstakels te overwinnen.  Een mooi mens te worden, die kan bijdragen aan de wereld op zijn of haar eigen manier. Dat doen we in de eerste plaats door onvoorwaardelijke liefde en respect te tonen. En in de tweede plaats door onszelf te respecteren. duidelijk te zijn en een voorbeeld te zijn.

Spreekt dit jou aan? In mijn webinar ‘Waarom strenger opvoeden niet de oplossing is, en wat dan wél vertel ik je er meer over. Aanmelden voor het webinar doe je  hier.

Fijn als je dit artikel wilt delen op de sociale media, dank je wel daarvoor. Zo kunnen we nog meer ouders bereiken 🙂 En natuurlijk lees ik zoals altijd ook graag je reactie! 

Een Nee hoeft geen Nee te blijven

Het zit er zo ingeprent bij ons ouders: je moet en je zal consequent zijn. En natuurlijk houdt ook jouw pittige kind van duidelijkheid. Maar betekent dat ook dat je nee altijd een nee moet blijven? Ik denk het niet.

Het feit dat je niet terug mag komen op een eerder gegeven nee, berust op een misverstand. Het misverstand is dat je constant met je kinderen in een strijd verwikkeld bent over wie zijn zin krijgt. Jij of je kind? Het misverstand dat een kind alleen maar bezig is met wat ie zelf graag wil.

Weet je, het is niet waar. Kinderen willen het allerliefst een goede relatie met hun ouders. Ze willen gehoord, gezien en begrepen worden. En ze willen ook lief zijn voor jou, rekening houden met jou. Ze willen ook graag dat jij hun lief vindt.

Als je een relatie met je kind hebt, die gebaseerd is op wederzijds respect, dan kun je gewoon jezelf zijn. Dan hoef je niet steeds ‘pedagogisch te handelen’. Als je met een volwassene spreek, verander je toch ook weleens van plan of van mening?

Je kunt dat ook gewoon uitleggen aan je kind. “Ik vond het eerst geen goed idee, maar nu ik hoor wat je erover zegt, denk ik er anders over”. Of “Ik dacht er nog even over na en ik vind eigenlijk dat ik wat te snel nee heb gezegd”.

Je bent op die manier een voorbeeld voor je kind. Je laat zien dat je nadenkt over dingen, terug durft te komen op wat je eerder zei en dat je luistert naar een ander.

Zeg niet te snel ja of nee op een vraag van je kind. Als je kind iets aan je vraagt, vraag dan eerst door. Waarom vraagt je kind dat? Probeer dat helder te krijgen door goed te luisteren en te kijken naar de signalen van je kind. Als je de behoefte duidelijk hebt, zie je ook sneller alternatieven. Dan is het geen ja of nee, maar vind je samen een derde mogelijkheid.

Wil je je kind verbieden wat hij doet of wil gaan doen, denk dan even goed na. Soms zeg je te snel dat iets niet mag. Soms uit een automatisme, soms omdat je denk dat het van je verwacht wordt. Of omdat je er zelf geen zin in hebt. Sta even stil bij de vraag waarom je nee wilt zeggen. Dat geeft je dan ook even de tijd om je ik-boodschap te formuleren, waarmee je je kind het beste bereikt.

Als je vasthoudt aan je nee, puur omdat je het eenmaal gezegd hebt, voelt je kind dat. Bewust of onbewust zal je kind weten dat wat je zegt niet overeenkomt met wat je voelt. Dat kan maken dat je kind juist harder probeert om het toch voor elkaar te krijgen. Dus geef jezelf de ruimte om alleen aan een nee vast te houden, die echt voor jou klopt. Dan zal je kind dit ook makkelijker respecteren.

Tot slot nog even over het misverstand. Het is eigenlijk een selffulfilling prophecy. Als jij bang bent dat je kind over je heen loopt als je geen nee zegt, als jij denkt dat kinderen er op uit zijn om te winnen van jou, dan creëer je zelf de machtsstrijd! Want jij begint met jouw macht te verdedigen, dus gaat je kind die proberen te ondermijnen. Maar handel jij niet vanuit macht, dan is er voor je kind geen reden om te blijven strijden.

Tip tegen frustratie en machteloosheid

Als je kind niet doet wat je wil, kun je vreselijk gefrustreerd raken. Vaak voel je daaronder ook een gevoel van falen en van machteloosheid. Het kan toch niet zo zijn dat jij je (kleine) kind niet de baas kunt zijn?  Herken je dit, lees dan vooral door.

Ik ken het heel goed, dat gevoel van machteloosheid. En ik was daar ‘allergisch’ voor. Ik kon er niet mee dealen, het haalde me volledig uit mijn kracht. Het maakte me veel zwakker dan nodig was. Toen zag ik nog niet hoe het werkte, later kreeg ik daar meer grip op en was de onmacht mij niet meer de baas.

Je machteloosheid komt namelijk voort uit een misvatting. De misvatting dat jij de baas over je kind moet zijn en kunt zijn. Dat jij kunt bepalen wat je kind doet. En dat als je kind niet doet wat jij zegt, hoe je ook dreigt en probeert (‘optreedt’), dat je dan faalt.

En dat is gewoon niet waar! De waarheid is: je hebt je kind niet aan een touwtje. Dat klinkt misschien frustrerend maar is in feite een bevrijding. Want nu kun je zien, dat je je dus helemaal niet machteloos hoeft te voelen, want je hebt uiteindelijk nooit de macht over je kind gehad.

Je kunt je kind helemaal niet dwingen. Uiteindelijk bepaalt je kind zelf wat hij wel of niet doet. Of ze gehoorzaamt of niet. Natuurlijk kun je het wel proberen, je kind te dwingen, en hoe jonger je kind is hoe meer kans je hebt. Maar je kunt niet 100% bepalen wat je kind wel of niet doet. Je kind is hoe dan ook een zelfstandig wezen.

Toch zijn we erg gehecht aan deze misvatting. En dat is de oorzaak van veel ellende. Want heb jij een kind met een zogenoemde ‘sterke wil’ , dan heb je grote kans, dat je kind niet gehoorzaamt. Dat de strijd alleen maar groter wordt.

En jouw frustratie neemt toe, je machteloosheid neemt toe en tenslotte voel je je zwak en falend. Je kunt het niet. Je doet iets verkeerd. Je laat over je heen lopen. Je moet ‘gewoon’ meer autoriteit uitstralen, sterker zijn, strenger zijn, enz. enz. En als je dat zelf al niet dacht, dan maakt je omgeving je wel duidelijk dat het zo is.

Zo zonde! Dit veroorzaakt zoveel onnodig leed en het leidt tot meer spanning en meer conflicten. Het is niet waar én het is niet effectief. Het stapelt probleem op probleem. Want door jouw gevoel van onmacht ga je steeds ineffectiever te werk, waardoor je steeds verder bij je doel vandaan komt.

De oplossing? Inzien en volledig accepteren dat je je kind dus niet aan een touwtje hebt. Dat jij iets niet acceptabel vindt, wil niet zeggen dat je kind het niet doet. Sterker nog, het wil ook niet zeggen dat je kind niet weet dat het onacceptabel is. Hij of zij heeft even niets beters voorhanden, kan bijvoorbeeld zijn emotie nog niet goed beteugelen.

Zie het als een leerproces van je kind. En kijk hoe jij je kind daarbij kunt helpen. In de eerste plaats door te erkennen wat er gaande is. En vervolgens door (samen met je kind) te kijken wat maakt dat je kind doet zoals ie doet en hoe je dat kunt veranderen. Wat kun jij doen om ander gedrag een grotere kans te geven en wat heeft je kind nodig om acceptabel gedrag te laten zien?

Als je kind niet doet wat je zegt (of vraagt) trap dan dus niet in de val van onmacht. Realiseer je dat jij je kind niet aan een touwtje hebt. Hou afstand. Neem het niet persoonlijk. Wees duidelijk in wat je van je kind verwacht,  maar help je kind ook om dat te kunnen. Accepteer dat bij het opgroeien moeilijke momenten horen voor jou en voor je kind.

Door het niet op jezelf te betrekken, door onmacht geen kans meer te geven, heb je  veel meer ruimte om naar je kind en de situatie te kijken. Veel meer kans om wel effectief te reageren. Misschien moet je je kind een handje helpen met wat je vraagt door het samen te doen, misschien moet je je verwachting/verzoek intrekken omdat je ziet dat het niet haalbaar is op dit moment of krijg je een andere ingeving waarmee je de situatie weer vlot kan trekken.

Heb je hier wat aan? Deel dit artikel dan via de shareknop hieronder. Samen kunnen we nog meer ouders helpen. Dank je wel alvast!

En laat hieronder weten wat je van deze tip vindt. Altijd fijn om van je te horen!

Jouw probleem of het probleem van je kind?

Veel ouders (vooral moeders …) hebben, net als ik overigens, de neiging om het probleem van hun kind tot hun eigen probleem te maken. Immers jij bent, of voelt je in elk geval, verantwoordelijk voor het geluk van je kind. Maar hoe realistisch is dit eigenlijk? En werkt het wel? Het is mij gebleken, dat het niet handig is om problemen van een ander, in dit geval van je kind, tot je eigen te maken. Hoe logisch dat ook lijkt.

Daar zijn twee redenen voor. Ten eerste kan het zijn, dat jij de oplossing helder voor je ziet. Door jouw oplossing aan te bieden, of misschien wel –goed bedoeld- op te dringen, tast je de zelfstandigheid aan van je kind aan, omdat hij of zij zo niet leert om zijn eigen oplossingen te vinden. Wat ook nog eens beter zou zijn voor zijn zelfvertrouwen.

Het kan echter ook zijn, dat jij ook niet weet wat de oplossing moet zijn. Nu heb jij dus ook een probleem. En wat doe je met een probleem waarvan je niet direct de oplossing ziet? Precies, je gaat piekeren, je maakt je zorgen. Nu is bekend dat piekeren en tobben tot een vernauwing in je denken leidt. Je ziet de mogelijkheden niet meer, maar vooral doemscenario’s. Ook roept het bij jouw allerlei emoties op, angst en machteloosheid misschien.

Ben jij nu nog beschikbaar om te helpen? Nee, eigenlijk niet. Want nu word jij in beslag genomen door jouw probleem en bijbehorende emoties. Dus terwijl je intentie is om je kind te helpen, heb je jezelf juist minder geschikt gemaakt om te helpen. Het werkt dus niet zo goed. Wat dan wel?

Als je je zorgen maakt over iets m.b.t. je kind vraag je dan eerst af: wie heeft er een probleem? Het kan zijn, dat jij wel  een probleem hebt, maar je kind niet. In dat geval is het handig om ik-boodschappen te geven. Bijvoorbeeld in het geval van een puber, die wel erg lang uitslaapt: “ik maak me zorgen, dat je zo lang op bed ligt. Ik ben bang, dat je dan vanavond niet kunt slapen en je slaapritme verstoord raakt. Ik weet hoe vervelend dat kan zijn. Begrijp je wat ik bedoel? Hoe zie jij dat? “ Vervolgens kun je een antwoord krijgen wat neerkomt op “niets aan de hand, maak je geen zorgen” of “ja, daar zit wel wat in. Ik vind het eigenlijk ook niet fijn als ik ’s avonds zo lang wakker lig”.

Het kan ook zijn, dat jouw kind een probleem heeft of althans lijkt te hebben.  Dan is het handig om actief luisteren toe te passen. “Het klinkt alsof je er zelf van baalt dat je zo laat opstaat, klopt dat?” of “Het lijkt wel alsof je niet zo blij bent met je nieuwe juf, is dat zo? “ Zo kan een gesprek ontstaan waarin duidelijk wordt wat het kind dwars zit en kun je hem of haar helpen om oplossingen te vinden.

Want natuurlijk wil je je kind graag helpen. Dat mag ook, daar ben je ook voor. Maar vraag het altijd eerst even. “Vind je het fijn als ik je help om eerder op te staan”? of  “Zal ik eens met je meedenken wat je hieraan zou kunnen doen?”

Soms is het best moeilijk om een probleem bij je kind te laten. Als het je erg bezighoudt, zoek dan iemand op met wie jij kan praten. Die jou kan helpen om het helder te blijven zien. Misschien is het wel een goed idee om een paar gesprekken met een professionele hulpverlener te hebben. Dat kan erg verhelderend werken. En hoe beter jij ermee om kunt gaan, hoe groter de kans dat je je kind kunt helpen.

Ben je het met me eens? Herken je dit? Geef hieronder je reactie.

Ook fijn als je het artikel wilt delen via de shareknop hieronder, dan kunnen we samen nog meer ouders bereiken. Dank je wel 🙂

>

Door de site te te blijven gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies. Privacyverklaring

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten